Reisverslag West Canada juli 2013
Dag 1: aankomst Vancouver
Na een lange vlucht met overstap in Heathrow komen we rond 12.00 uur ‘s middags aan. We halen de auto, een Chrysler Equinox, op bij Hertz, die we geboekt hebben via
www.usa-reisen.de.
Vervolgens rijden we naar de Canadian Tire in Richmond voor wat kampeerspullen en gasjes. Omdat we het Europese systeem gasje hebben, kunnen we niet overal gasjes halen, maar dus wel bij de Canadian Tire. We komen er al snel achter dat we rest van boodschappen eigenlijk beter bij de Walmart hadden kunnen doen, dat leek vorig jaar toch iets goedkoper uit te pakken! We halen: 2 koelboxen, 1 2persoonsluchtbed, een pomp, hamer voor de haringen, inklapbare stoeltjes. Vervolgens gaan we op zoek naar een supermarkt. Die kunnen we maar niet vinden, vooral ook omdat alles in het Chinees/Koreaans/Japans is aangegeven. We zijn duidelijk beland in het nieuwe China Town! Uiteindelijk doen we wat boodschappen in een kleine mall bij een Chinese supermarkt. De groente die er ligt ziet er fris en verleidelijk uit, jammer dat we geen wok mee hebben
.
We kunnen overigens die 2 koelboxen wel aanraden. We hebben 1 kleintje en 1 wat grotere (maar die is nog steeds klein). Doordat ze beide kleiner zijn, blijft het beduidend langer koud in de koelbox. Het kleintje blijft wel een dag langer koud dan de iets grotere. Dus vis/vlees belandt altijd in het kleintje, ketchup en fruit ed in de grote.
We rijden rond 16.00 weg uit Richmond om naar de Capilano campground te gaan. Hiervoor moeten we de hele stad doorkruisen. Tegen 17.00 uur zijn we daar en na het opzetten van de tent en een hotdog naar binnen gewerkt te hebben, ploffen we al gauw in bed.
Dag 2: Vancouver
Deze dag willen we vooral rondlopen in Vancouver. We besluiten de auto te parkeren bij Robson square. Later zien we goedkopere parkeergarages..
We dwalen door de stad, richting de haven en Gastown en Chinatown. Bij Gastown nuttigen we een heerlijke lunch tegenover de stoomklok. Fijn om even bij te komen. Vervolgens lopen we Chinatown in. Hier bergen we de camera toch maar even op, met al die zwervers en ongure types. We lopen door een kleine Chinese tuin, wel aardig! Daarna willen we richting Granville Island. We komen eerst zo’n beetje uit bij de auto, en besluiten die maar mee te nemen. We zijn toch al behoorlijk moe en de jetlag voelen we ook wel. Dit was achteraf niet een hele verstandige keus. Het verkeer staat behoorlijk vast; we hadden beter met openbaar vervoer kunnen gaan en dan met de watertaxi naar de overkant kunnen gaan. Bij de pakhuizen van Granville Island verwachten we eigenlijk Amsterdamse pakhuizen, maar het zijn eerder golfplaten pakhuizen in allemaal verschillende kleuren gespoten. Dan blijkt toch maar weer dat ‘ geschiedenis ‘ iets heel anders is in Canada dan in Europa. De markthal staat vol met verse groente, fruit, vis, vlees, en overheerlijk brood. We halen hier een heerlijke mangoshake en we besluiten hier nog wat lekkere boodschapjes te halen en weer terug richting Noord Vancouver te rijden. We trekken het niet om nog een uur te wachten om naar een restaurant te gaan, zo moe zijn we.
Op weg naar de camping willen we toch ook nog wat dingetjes halen voor het kamperen waar we in Richmond niet voor geslaagd waren. Blijkt er op 5 minuten rijden van de camping een Walmart te zitten! Hier slaan we de laatste kampeerspulletjes in en eten vervolgens bij de tent.
Dag 3: Stanley Park en MOA
We slapen een beetje uit en rijden vervolgens naar Stanley Park. Het is er prachtig! We wandelen wat langs de kustlijn en bewonderen de totempalen. We hebben onze eigen lunch mee en peuzelen die op in de rozentuin. Het is al in de middag als we besluiten dat we toch nog naar een museum willen. Het wordt het Museum of Anthropology op het universiteitsterrein aan de andere kant van de stad. We zijn er pas tegen 16.00 uur en hebben maar een uurtje om binnen rond te kijken. Het is een prachtig museum met veel aandacht voor de First Nations, de indianen. Buiten in de tuin staan nog twee longhouses en een paar totempalen die we bekijken als het museum dicht is. Een echte aanrader!
Hierna rijden we weer de stad in, op zoek naar een restaurant. Het wordt sushi. De porties zijn erg groot maar wel lekker. We wandelen nog wat rond in de winkelstraten, de winkels zijn tot 21.00 uur open. Daarna keren we terug naar camping. We nemen hiervoor de detour door Stanley Park om nog wat mooie foto’s te maken van de brug en van de skyline van Vancouver.
TIPS Vancouver:
- Walmart en Save-on-Foods (voor verse groente en fruit) op 5 minuten afstand van Capilano camping
- Parkeren kan goedkoop in de buurt van de bibliotheek in de binnenstad
- Naar Granville island met OV: neem de watertaxi
- Bezienswaardigheden: Stanley Park, MOA
Dag 4: Lynn Canyon, Bridal Falls en Manning
Vandaag vertrekken we naar Manning Provincial Park. Het is in principe maar 2,5 uur rijden, maar we willen onderweg ook nog 3 stops maken. De eerste is de Walmart: we slaan flink wat houdbaar eten in omdat we weten dat Manning ver weg van de bewoonde wereld is. Noodlesoepjes, diep ingevroren zalm, pancake mix, eieren etc.
Vervolgens rijden we door naar Lynn Canyon Valley. Dit is ongeveer hetzelfde als de canyon bij de Capilano suspensions bridge, maar dan gratis! Het duurt even voor we het gevonden hebben, maar eenmaal daar lopen we zo de suspension bridge op. We maken de wandeling af naar de 2 prachtige watervallen. Er springen jongens van de cliffs zo, het water in. Het zijn net pubers
. Het is er prachtig in ieder geval.
We willen ook ergens lunchen maar het restaurant bij de canyon ruikt niet zo fris en er staat een flinke rij. We rijden dan maar door naar de dichtstbijzijnde mall. Hier halen we stokbrood, fruit en een lekker kaasje. We komen erachter dat Save-on-Foods niet een supergoedkope supermarkt is, maar juist een uitgebreid assortiment heeft aan vers spul.
Vervolgens rijden we door richting Manning. De bergen komen steeds dichterbij, het is een mooi gezicht! Na anderhalf uur rijden nemen we de afslag naar de Bridal Veil Falls. Het is een magisch mooie waterval, erg hoog ook! Het lijkt echt op een bruidssluier.
We rijden verder richting Hope. Vanaf daar is het nog een uurtje rijden naar de campground. De Lightning Lake campground is typisch voor een provincial park: erg goed! We hebben een mooi plekje.
Dag 5: Strawberry Flats en Three Waterfalls
We slapen weer een beetje uit en ontbijten rustig met gebakken eieren. We halen bij de receptie (een hokje waar een student in zit) de kaart van het gebied en vragen naar mooie wandelingen. We besluiten eerst de Strawberry Flats te doen en dan door te lopen naar de 3 watervallen. Het is een prachtige dag, erg warm. De wandeling is mooi, maar wordt wel zwaarder nadat we de alpenweides achter ons laten op zoek naar de watervallen. De laatste waterval is erg mooi en we besluiten daar ons broodje op te eten. Dan moeten we dezelfde weg weer terug. Dit keer iet sneller omdat we minder foto’s maken. Uiteindelijk hebben we 4 uur gedaan over deze wandeling, inclusief pauzes. We besluiten hierna nog de 20 minute lake wandeling te doen. Hiervoor moeten we 10 minuutjes rijden. Het is inderdaad 20 minuten wandelen rondom het meer. Het water is groenachtig met veel drijfhout. Wederom erg mooi!
Hierna besluiten we dat het tijd is om avondeten te maken en niet al te laat het bed in te duiken.
Dag 6: Uitkijkpunt en Lightning Lake wandeling
We doen in de ochtend rustig aan (we hebben toch wel een beetje spierpijn!). We rijden nog naar het uitkijkpunt vanwaar je meerdere bergen kan zien, onder andere bergen die zich in de US bevinden. Het is een mooi gezicht! We hebben zo midden op de dag geen puf voor een wandeling, het is echt heel warm! We gaan terug naar de camping om nog even te lezen en uit te rusten. Tegen 16.00 uur, als het een beetje koeler is, besluiten we de Lightning Lake hike te doen. We lopen dan om twee meren heen. Dat moet toch te doen zijn, na gisteren, een wat vlakkere wandeling. Het meer is erg mooi groen-blauwig. Al klauteren we op een gegeven moment wel over erg veel omgevallen boomstammen, het is bijna moeilijker dan de wandeling van gisteren! Tot we niet meer verder kunnen: we komen bij een soort hol en kunnen er echt niet meer overheen. Dan gaan we maar recht omhoog de berg op. En ja hoor, daar is het echte pad! Oeps.. al zijn we blij dat we het hele stuk niet terug zijn gaan klauteren. De rest van de wandeling verloopt soepel. Na elke hoek krijg je weer nieuw uitzicht over het meer. Ook deze wandeling duurt zo’n 3 uur om te lopen. Wel fijn dat we er niet de auto voor in hoeven, we stonden met de tent natuurlijk al bij het Lightning Lake.
TIPS:
- Manning is een heerlijk park. Een van onze hoogtepunten van de vakantie.
- De Bridal Veil Falls is misschien wel de mooiste waterval die we hier gezien hebben aan de westkust.
Dag 7: Hope, Fraser river, Lillooet
We pakken de handel weer in en gaan op weg naar Hope, om vervolgens t eindigen in Lillooet. De tank is bijna leeg en moet gevuld worden. Ook hebben we geen ontbijt meer, dus we ontbijten laat bij de Tim Hortons in Hope. Hier is ook gratis wifi, dus we kunnen weer een teken van leven geven aan het thuisfront. Deze dag is het bewolkt en af en toe valt er een drupje regen. Niet erg, we zijn toch onderweg. In Hope gaan we naar het visitor centre waar een klein gratis (met donatie) museumpje is. Het zijn veel attributen bij elkaar, vooral over de goudzoekersperiode, de houthakkerij en hoe de mensen leefden zo 150 jaar geleden. Je loopt er in 15-20 minuten doorheen. Schattig! Hope staat bekend om zijn houten beelden, met de cirkelzaag bewerkt. Er staan er ruim 50 door het stadje en ze hebben jaarlijks een contest. We rijden door Hope en zien er flink wat. Vervolgens rijden we naar een oude treinrails die niet meer in gebruik is, de Othello Tunnels. De treinrails is weg, wat nog rest zijn 3 tunnels door rotsen heen en over de Fraser river. Het was niet meer rendabel om dit treinspoor te houden vanwege de flinke sneeuwval in de winter, er moest dan elke dag geruimd worden. Je kan door de tunnels lopen en genieten van de omgeving: de rivier raast met geweld naar beneden, de bomen zijn groen en vochtig. Het is bijna ondenkbaar dat hier mensen hebben gewerkt om de tunnels te graven en het treinspoor te maken. De rotsen lopen steil naar beneden! Na een dik uur wandelen gaan we weer op pad richting Lillooet. Onze volgende stop is bij de Hells Gate Tram. De Fraser river is hier op z’n smalst en raast met een enorm geweld door de canyon. Je kan met Airtram over de rivier naar beneden. Dit kost dan wel 15 dollar pp. We doen het wel, want de nood is hoog voor een wc (en die is natuurlijk beneden aan de overkant), maar we vinden de prijs een beetje overdreven. Aan de andere kant van de rivier is er nog een heel entertainment centre: je kan goud zoeken, fudge kopen, naar het restaurant etc. Ook is er een tentoonstelling over de Fraser river en de smalle canyon. Door het bouwen van de treinrails, is de canyon nog smaller geworden dan toen Simon Fraser erover heen wilde komen in 1808. Hierdoor werd de stroomversnelling zo snel, dat de zalmen niet meer omhoog kwamen naar hun broedplaatsen. Hiervoor is toen een oplossing bedacht: de zalmen kunnen nu zwemmen door een soort kastensysteem waardoor ze de smalle canyon toch kunnen overbruggen. Hier is een film over te zien die de zalmentrek goed in beeld brengt en ook hoe het kastensysteem precies werkt. Erg leuk!
Na de Hells Gate Tram, vervolgen we onze weg naar Lillooet. We doen in Lillooet nog wat boodschappen en rijden dan naar de camping, Cayoosh. We staan hier 1 nachtje.
Dag 8: Fort Berens, Joffre Lakes, Whistler
De volgende dag gaan we eerst langs Fort Berens, de winery in Lillooet. Hier krijgen we, om 10 uur ’s ochtends, verschillende wijnen te proeven en wordt er enthousiast verteld over hoe de wijngaard is begonnen in Lillooet. We nemen 2 witte mee: 1 om in Canada op te drinken, 1 als souvenir. We vervolgen onze weg naar de Joffre Lakes. Daar aangekomen, besluiten we de hele wandeling te doen, dus naar alledrie de lakes te lopen. Het is een prachtige maar zware wandeling. We stijgen behoorlijk wat meters en moeten over flink wat rotsblokken klimmen en over boomstronken klauteren. Maar de klim is het meer dan waard: bij elk meer komt de gletsjer dichterbij. Vooral het stuk naar het tweede meer is zwaar. Naar het derde meer lopen is relatief makkelijk, en dan wordt je beloond met een magistraal panorama: een gletsjermeer aan de voet van de gletsjer. Het is werkelijk prachtig! De hele wandeling, heen en terug, duurde 5 uur (en het is 5,5 km omhoog). We hebben dan wel wat pauzes gehad. Niet alleen is het warm, maar er zijn ook veel muggen. Neem dus veel water mee en muggenspray!
Hierna is het nog een klein eindje rijden naar Whistler. We willen graag een relaxte camping maar belanden toch in een commercieel gedoe: Riverside resort. Het is wel dichtbij het centrum van Whistler. We gaan eerst douchen en gaan dan op pad om een restaurant te zoeken. Na onze prestatie van vandaag, hebben we toch wel een lekker diner verdiend! We belanden in Araxi, een redelijk duur restaurant maar volgens onze reisgids wel heel goed. We nemen eerst een cocktail aan de bar (de alcoholvrije is ook erg lekker!) en krijgen dan een plaatsje binnen. Het eten is super lekker! Erg smaakvol. Wel raar dat ook hier een televisiescherm met sport boven de bar hangt. Dat verwacht je misschien in de pub, maar toch niet in een chic restaurant. Zal wel een Canadese gewoonte zijn, want we hebben nergens een restaurant gezien zonder scherm. Na deze mooie maar inspannende dag, kruipen we moe ons bed in.
TIPS:
- Joffre Lakes wandeling. Hoogtepunt (letterlijk!) van onze vakantie. Trek wel goede bergschoenen aan, neem veel water en muggenspray mee.
- Araxi restaurant in Whistler voor een chic diner.
Dag 9: Whistler en peak2peak
Vandaag gaan we de berg op. We kopen (dure!) kaartjes voor de peak2peak, waarbij je met een gondola en/of met stoeltjesliften de berg op kan. Als eerste gaan we omhoog bij de Whistler mountain. De uitzichten zijn fenomenaal, met overal besneeuwde bergtoppen. Je kan ook naar een andere berg, Blackcomb mountain, met de gondola. Dit is dus de eigenlijke peak2peak. Er zijn twee gondola’s met een glazen vloer (en die komt dus elke 20 minuten langs), terwijl er heel veel gewone gondola’s zijn, die voortdurend langs komen. Natuurlijk (?) staat iedereen in de rij voor de glazen vloer. Die rij is dan ook erg lang. Wij nemen een gewone gondola en kunnen meteen doorlopen. Doordat de gondola eerst een heel stuk naar beneden gaat voordat hij weer gaat stijgen, kun je ook vanuit de gewone gondola goed naar beneden kijken. Op Blackcomb mountain gaan we nog hoger, om te kijken naar de snowboarders en de skieers. Het is een leuk gezicht! Ook hebben we 2 marmotten gezien, 1 op Whistler mountain van heel dichtbij en 1 als we in het busje zitten naar de top.
We willen geen wandelingen doen, want we hebben nu echt vermoeide spieren van alle hikes van de voorgaande dagen en het is ook nog eens loeiheet. Vooral de bovenbenen protesteren als we ergens een stukje omhoog lopen. We doen dus rustig aan en genieten van de uitzichten. Er zijn trouwens wel hele mooie wandelingen te maken in dit gebied. Aan het eind van de middag gaan we met de stoeltjeslift naar beneden, naar de Upper Village. We kijken nog wat rond in Whistler Village maar zulke resorts zijn eigenlijk niet aan ons besteedt. Het lijkt wel een Barbie en Ken dorp, zo nep ziet alles eruit. Geef ons dan liever de vergane glorie van Lillooet! We eten nog een ijsje, halen nog een drankje in de pub en gaan dan terug naar de camping om daar te eten.
TIPS:
- peak2peak is mooi, wel duur. Prachtige uitzichten
- In de omgeving van Whistler zijn veel mooie wandelingen te maken
Dag 10: Falls, Brittania, Sechelt
Onze volgende route is de Sunshine Coast. We gaan halverwege vandaag, tot Sechelt. We rijden de Sky to Sea highway vanaf Whistler naar Horseshoe bay. Onderweg komen we nog langs de Brandywine Falls (prachtig! Zo’n vrije val!) en de Shannon Falls (ook prachtig, erg hoog!). Als je de sea to sky andersom doet (dus van sky to sea), heeft dit, denken wij, veel voordelen voor de bijrijder want die heeft nu alle mooie uitzichten. We rijden door totdat we bij Britannia komen en bezoeken het Brittania Mine Museum. Brittania is begin 1900 ontstaan toen daar een mijnbedrijf zich ging vestigen, het was dus een zogenoemde company town. Er werd voornamelijk naar koper gezocht, maar ze verkochten ook veel bijproducten zoals goud en zilver. We gaan met een gids de mijn in. Ze vertelt heel leuk over wat de mijnwerkers moesten doen en hoe het leven er voor deze mensen uit zag, ook door de tijd heen. Ook zien we de kopermolen aan de binnenkant: wat een enorm gebouw! Het is een leerzame middag. De kopermijn is gesloten begin jaren 70 toen er veel strengere milieu-eisen kwamen. Het was toen niet meer rendabel.
We vervolgen onze weg naar Horseshoe bay. Eenmaal daar aangekomen, moeten we opschieten want de ferry staat al klaar om te vertrekken. We kunnen dus zo doorrijden! De overtocht naar Gibsons is erg mooi. Je vaart tussen verschillende eilanden en ziet nog de besneeuwde toppen van het vasteland. Bij Gibsons aangekomen staan we in onze eerste Canadese file. Het verkeer moet natuurlijk allemaal dezelfde kant op. We hadden verwacht dat we veel meer kustlijnen zouden zien tijdens de Sunshine coast maar dat valt toch tegen, we rijden veel tussen de bomen en struikgewas. In Sechelt aangekomen proberen we eerst een plekje te krijgen bij Porpoise Provincial Park, maar die is helemaal vol. We rijden weer een stukje terug naar Bayside Campground. Deze camping lijkt wel een beetje op de camping in het provincial park. De dame achter de balie is heel aardig en professioneel. De camping is vol, maar er staan 3 plekken leeg waar ’s ochtends nog een gezelschap ‘ Orientals’ stonden. Ze weet niet of ze nog terug komen of dat ze toch echt weg zijn gegaan. Ze belt ze op (Hi mr Chang, I was making my evening round tonight and saw that your campground is empty! I was just checking in, wondering if you’re ok? Otherwise I wouldn’t be able to sleep tonight! Etc ☺). De ‘Orientals’ zijn echt vertrokken en wij mogen als eerste een plekje uitzoeken. Ook vragen we of ze nog een leuk plekje weet waar we kunnen eten. Het wordt de Lighthouse pub in Sechelt, aan het haventje. We hebben er een mooi uitzicht op de heuvels en het water. De fish en chips is lekker! Goede sfeer ook.
Dag 11: Smugglers Cove, IGA, Lund
Na de toestand van gisteren, zoeken we eerst een visitor centre op in Sechelt om onze volgende camping vast te leggen. Dit is geen probleem: het meisje van het centre belt zelf met de camping. Ook willen we nog wat informatie over wat we kunnen zien of bekijken op onze route naar Lund en vragen we naar de ferrytijden. We besluiten naar Smugglers Cove te gaan en daarheen te wandelen. Dit is een wandeling van een uur heen en terug met als eindpunt Smugglers Cove. Een paar mensen zijn op zoek naar krabbetjes/schelpjes en we zien veel zeesterren. Het is een leuke wandeling! Dan rijden we door naar Madeira Park waar we bij een IGA boodschappen kunnen doen. We rijden door tot Saltery Bay om te wachten op de ferry. We zijn een half uur van te voren aanwezig maar toch staat er al een flinke rij. We begrijpen niet zo goed waar we moeten betalen met onze Experience Card. We rijden maar achter de meute aan. Achteraf blijft dat je voor deze overtocht niet apart hoeft te betalen. Ook deze overtocht, naar Saltery bay is erg mooi! Het waait wel hard op de boot, dus een trui of jas is geen overbodige luxe. Het is nog steeds prachtig weer trouwens! We rijden door naar Powell River waar we eerst even tanken en nog wat info halen bij het visitor centre. Dan rijden we door naar Lund, naar camping Sunlund by the sea. Het is een leuke camping op een mooi plekje, vlakbij het haventje. We willen onze sirloin steaks grillen, maar de firepit bestaat uit losse stenen zonder grill. Dan maar steengrillen! Het kampvuur moet hiervoor echt heet zijn, dus het duurt wel 2 uur voordat we het vlees op een van de stenen kunnen leggen. De steaks garen gestaag maar het duurt al met al toch wel een uur voordat ze klaar zijn. Ook leggen we maiskolven met boter in alufolie bij het vuur. Gelukkig waren we al vroeg begonnen met het vuur maken. Op de camping staan ook twee grootouders met 3 kleinkinderen. Opa komt al gauw langs om een praatje te maken. Het is een gezellige man die veel kan vertellen. Erg leuk! Hij biedt ons aan ons morgen naar Fernando eiland te brengen, hij brengt zijn kleinkinderen ook. Het is een prive-eiland met een mooi strand. Daar zeggen we geen nee tegen! Na een tijdje krijgen we ook directe buren, een jong stel uit Berkely. We bieden ze ons kampvuur aan en een marshmallow. Het wordt gezellig en ook zij worden door opa uitgenodigd om mee te gaan op de boot morgen.
TIPS:
- Sechelt is een leuk stadje
- Veel leuke wandelingen in de omgeving, we hadden hier wel een nachtje langer willen blijven achteraf
Dag 12: Fernando island
Dit is onze rustdag. We slapen lekker uit, ontbijten rustig en lezen wat. Vervolgens lopen we naar het haventje om daar eens te kijken en halen we nog 2 cinnamon rolls bij Nancy’s bakery. Dan is het tijd om met z’n allen naar de boot te gaan. Opa brengt eerst ons vieren weg en komt dan zijn kleinkinderen brengen (het is maar een klein bootje). We varen eerst naar een grote rots waar veel zeehonden liggen. Het is een leuk gezicht! Vervolgens varen we verder. Het strand van Fernando island is van zand, met een paar zandvliegjes. Er ligt veel aangespoeld drijfhout en het is er werkelijk prachtig. Omdat het een prive-eiland is, mogen we alleen op het strand komen. We zitten heerlijk in de zon en genieten! Na een uurtje komen ook de kleinkinderen en opa weer. De kinderen (16 jaar, 14, jaar, 8 jaar) maken meteen mooie zandtekeningen want het is nog eb. Ze zijn echt schattig. Opa vertelt ondertussen over zijn leven bij de papermill in Powell River, dat was destijds ook zo’n company town en er ging veel geld om in de papierindustrie. De papermill staat er nog steeds en wordt ook nog steeds gebruikt, zij het met een wat mindere omzet tegenwoordig. Het is een heerlijke dag! ’s Avonds eten we weer bij ons kampvuur, dit keer hot dogs. Daarna doen we nog een drankje met onze buren bij het Boardwalk restaurant.
Dag 13: kayakken met John
Vandaag gaan we de hele dag kayakken, met Footprint. John legt eerst uit hoe het kayakken werkt en dan gaan we op weg. In totaal zijn we met vijf. We peddelen naar verschillende eilandjes en zien veel klein zeeleven zoals krabbetjes, verschillende soorten zeesterren, zeekomkommers etc. Ook peddelen we nog naar de zeehondenrots. Met de kayak kan je nog dichterbij komen dan met de boot! Halverwege de dag lunchen we op een eilandje met een mooi uitzicht over zee. De terugweg is toch wel zwaar om te peddelen, maar we slaan ons ook hier door heen. Achteraf blijkt dat we zo’n 15 km gekayakt hebben! Het was in ieder geval een hele mooie ervaring. ’s Avonds eten we bij het Boardwalk restaurant. Een heerlijke fish en chips en de berry ice tea is goddelijk!
TIPS:
- Lund is een heerlijk plekje om te onthaasten
- Kayakken in de desolation sound. Je kan ook zelf op pad door kayaks te huren, of mee met een gids zoals wij deden.
Dag 14: Powell River, Courtenay, Campbell River
We vertrekken vandaag weer uit het rustige Lund. Eerst willen we nog wat van Powell River zien. We bekijken wat historische gebouwen, gebouwd rond 1900. Echt oud zijn ze natuurlijk niet, maar wel voor Canadese begrippen! Deze gebouwen zijn allemaal gebouwd in opdracht van de papermill. Vervolgens rijden we nog wat rond in Powell River maar besluiten dan toch maar de ferry van 12.00 uur te nemen ipv die van 17.00 uur. De overtocht verloopt weer voorspoedig en we hebben prachtig weer. Het is zelfs warm op de boot. Aangekomen in Comox, rijden we eerst naar Courtenay om daar te lunchen en te pinnen. We hebben een heerlijke lunch bij Locals restaurant. Daarna rijden we door naar Campbell River. Je kunt dan highway 19 nemen of highway 19a. De 19 is de snelle snelweg, 19a is de langzame met prachtige uitzichten over de kust. Echt een aanrader! Het stuk tussen Courtenay en Campbell River duurt een uur via 19a, als je helemaal naar Parksville gaat vanaf Campbell River duurt 19a 3 uur. Maar zeker de moeite waard! Het doet ons denken aan de weg (Marine Drive) die we vorig namen tussen Halifax en Sherbrooke. We rijden door Campbell River en naar de camping, Parkside campground. De camping ligt midden in het bos. We kiezen een mooi plekje uit en vragen aan de balie of ze nog een goed sushi restaurant weet in Campbell River. Ja, dat weet deze oma wel. Haar zoon gaat altijd naar Wasabiya. De sushi is inderdaad heerlijk. Het restaurant is onderdeel van een klein winkelcentrumpje en we kunnen nog naar de supermarkt voordat we weer naar de camping gaan. We rijden weer langs de kust en het haventje en kijken even bij een paar totempalen in het avondlicht. Mooi!
Dag 15: Campbell River
We slapen maar weer eens uit en doen rustig aan vandaag. Halverwege de middag zoeken we het visitor centre op om een camping te regelen in Tofino voor de volgende dag. Bella Pacifica is al vol, maar we kunnen terecht bij Long Beach. We reserveren voor 2 nachten. Ook vragen we nog naar de mogelijkheden voor een orcatour. Helaas wordt er deze middag niet meer uitgevaren en zou het de volgende dag worden. Dan wel meteen een tocht van 6 uur. We denken er even over na, maar besluiten dat het toch teveel is: eerst een orcatour en daarna nog doorrijden naar Tofino. In plaats daarvan gaan we ’s middags naar het museum in Campbell River. Dit blijkt veel groter dan gedacht! Er is weer een mooie expositie over de First Nations. ’s Avonds maken we een kampvuurtje.
TIPS:
- Neem snelweg 19A als het even kan. Adembenemende uitzichten.
- Wasabiya heeft heerlijke sushi
- Museum Campbell River (bij het visitor centre kan je een kortingenboekje meenemen waardoor het tweede kaartje gratis is)
Dag 16: op weg naar Tofino
Nu we geen orcatour doen, kunnen we rustig onze spullen inpakken en op weg gaan richting Tofino. We doen nog wat boodschappen bij Courtenay en gaan nog maar weer eens lunchen bij Locals restaurant. Op weg naar de Pacific Rim Highway stoppen we nog bij Little Qualicum Provincial Park om daar een wandeling te maken. Het is een leuke wandeling van ruim een uur, niet te zwaar en we zien 2 watervalletjes. Ook stoppen we bij MacMillan provincial park om de enorme Douglas firs en cedars te bewonderen. Er zijn 2 korte trails aan beide kanten van de weg. We vervolgen onze weg naar Tofino en genieten van de uitzichten. ’s Avonds komen we na 19.00 uur aan op de camping. Ons plekje hadden we gelukkig al gereserveerd want het is druk (weekend). Het is hier zo’n 10 graden kouder dan in Campbell River, een behoorlijk verschil. We gaan snel de tent opzetten, douchen (vies en koud!) en dan rijden we naar Tofino om daar iets te eten.
Dag 17: Pacific Rim National Park
We rijden eerst naar het visitor centre bij de splitsing tussen Ucluelet en Tofino om een dagpas te halen voor het national park (rond de 15 dollar voor 2 personen, geldig tot de volgende dag 16.00 uur). Dan rijden we Ucluelet in en door naar het puntje. We bekijken de Pacific en gaan dan boodschappen doen bij de Co-op. We doen die dag meerdere wandelingen naar verschillende stranden waarbij je altijd door het gematigd regenwoud loopt. De Halfmoon Bay wandeling is magisch: het paadje lijkt regelrecht uit Pirates of the Carribean te komen en het strandje doet ook al zo Caribisch aan. Zo mooi! We doen ook nog de rainforest trail (ook een aanrader!), gaan naar Long Beach en gaan dan weer eten in Tofino. Tofino doet toch wat gezelliger aan dan Ucluelet. We eten bij Schooner (aanrader!) en gaan daarna nog naar Schooner Cove. Dit is wederom een mooie wandeling met een heel mooi strand. De wandelingen zijn door het aanleggen van de boardwalks heel goed te doen. Sommige zijn zelfs rolstoelvriendelijk. Ook duren ze niet langer dan een uur ongeveer. We missen de zonsondergang, maar hebben wel prachtig uitzicht over de bergjes bij het uitkijkpunt. Een geslaagde dag!
TIPS:
- Halfmoon bay, rainforest trail, Schooner cove zijn wel echt hoogtepunten van Pacific Rim
- Je hebt aan 1 volle dag voldoende om een goede indruk van het park te krijgen.
- Tofino is een gezelliger dorp dan Ucluelet en heeft prima eettentjes.
Dag 18: Port Alberni, Goldstream provincial park
We verlaten de Pacific en gaan op weg richting Victoria. Dit is voor de langste autodag met ruim 4 uur autorijden. We rijden door tot Port Alberni, waar we ons brood smeren en nog 2 donuts halen bij de “beste donutshop van VI!” Ze zijn inderdaad erg lekker. Port Alberni is rustig op zondag en we lopen wat langs de kade. Daarna rijden we naar het visitor centre. In een van onze reisgidsen stond namelijk iets over de Della Falls, een 400 m hoge waterval. We kunnen nergens bordjes vinden. Bij het centre blijkt dat de Della Falls wel bestaan, maar dat je een boot of kayaktocht moet ondernemen en vervolgens nog 2 dagen moet hiken met een gids om er te komen. Dat stond dan weer niet in onze reisgids… ☺. Hoewel het vast een prachtige tocht zal zijn, kunnen we die helaas niet doen. We vervolgen onze weg richting Victoria. We stoppen nergens meer, Chenaimus lijkt ons niet echt interessant en ook Nanaimo laten we aan ons voorbij gaan. Wel willen we graag in Duncan nog kijken bij het Quw’utsun First nation cultural centre. Als we daar om half 4 komen is het helaas al dicht. We rijden door naar Goldstream provincial park en zijn daar redelijk vroeg voor onze doen. Het blijkt dat we nog 5 nachten over hebben! Wel lekker. ’s Avonds eten we pancakes met blueberries bij de tent.
Dag 19: Victoria
We doen weer een beetje rustig aan in de ochtend, het is tenslotte vakantie. Tegen de middag rijden we naar Victoria, een ritje van 20-25 minuten. We gaan naar het visitor centre aan de kade en vragen hier om info over orcatours. We kunnen al meteen ’s middags mee en dat doen we ook. Eerst nog wat eten inslaan, wat rondlopen door het stadje en dan verzamelen voor de orcatour. We krijgen eerst een uitleg over het zeeleven en wat we eventueel kunnen gaan zien. Dan lopen we met z’n allen naar de boot. Het is een catamaran met een overdekt gedeelte en een open gedeelte op het dak. Wij zitten boven. Hoe meer we de oceaan op varen, hoe kouder het wordt en hoe mistiger het wordt. We zien op een gegeven moment geen hand voor ogen! Dit hadden we niet gedacht vanaf de kant; het was stralend weer in Victoria. Uiteindelijk zien we nog wat zeehonden, zwemmen er nog 2 dolfijnen voorbij en vanuit de verte zien we een bald eagle. Helaas geen orca’s te bekennen… Dit is het risico dat je neemt., maar jammer is het toch wel. Na de boottocht lopen we nog wat rond de kade en belanden op de Fisherman’s wharf. Je kunt hier de woonboten bewonderen en wat eten.
We eten zelf bij Earls, in de grote winkelstraat. We zijn erg moe van de boottocht en verlangen naar ons bedje.
Dag 19: Duncan en Quw’utsun First nation cultural centre
We willen toch wel graag naar het cultural centre in Duncan. Het is ongeveer een half uurtje rijden vanaf Goldstream. Het cultural centre is opgezet door de Cowichan First Nations. Er is een film te zien en je kunt mee met een gids. Dit doen wij. De gids is een Cowichan indiaan en hij vertelt bij elke totempaal de legende/sprookje dat erbij hoort. Erg interessant! En leuk dat het nu eens vertelt wordt ‘door de mensen zelf’. Ook kun je er lunchen en is er een conference centre. Wel doet het centre een beetje ‘vergane glorie’ aan. Daarna doen we in Duncan boodschappen bij de Thrifty en keren dan terug naar de camping om een lekker vuurtje te maken voor de sockeye salmon en de maiskolven die we daar gekocht hebben.
Dag 20: Royal BC Museum en IMAX
Vandaag gaan we de hele dag spenderen in het Royal BC Museum en voor ’s avonds hebben we 2 voorstellingen in het IMAX theater: Rocky Mountain Express en de nieuwe Star Trek!
Het museum is groot met 3 flinke verdiepingen. We gaan eerst naar de tijdelijke tentoonstelling over de Zuidpool. Het gaat over of Scott, uit Engeland, of Amundsen, uit Noorwegen, als eerste aankomt op de Zuidpool. De tentoonstelling is erg leuk en goed vorm gegeven. Uiteindelijk toch wel zielig dat Scott dood gaat op de Zuidpool (maar we hadden bij de start toch wel verwacht dat Amundsen ging winnen – hij leek toch beter voorbereid op het extreme weer op de Zuidpool). Vervolgens zien we een gedeelte dat meer natuurhistorisch is, over de natuur in West Canada. Leuk om eindelijk eens een beer te zien
. Vervolgens lopen we door naar het China gedeelte. Victoria zou niet bestaan zonder de Chinese immigranten. In dit gedeelte is een soort China town nagebouwd en zien we meer over het leven vanaf 1900. Dan, eindelijk!, gaan we naar de First Nations tentoonstelling. Deze tentoonstelling is erg goed. Je ziet hier ook meer de verschillen tussen de verschillende stammen en ook de verschillen tussen de binnenland indianen die op bisons jaagden en de westkustindianen die vooral leefden van zalm en besjes. Omdat de westkust zo overvloedig was, hadden deze indianen ‘tijd over’: vandaar dat zij tijd hadden om cultuur te maken (totempalen, potlatches) en in grotere groepen konden leven. Erg interessant! Om 17.00 uur sluit het museum en toen waren wij ook rond. We hebben uiteindelijk ruim 4 uur doorgebracht in het museum. Tussendoor zijn we buiten nog ergens gaan lunchen. We gaan ergens in de buurt uit eten om daarna op tijd weer terug te zijn voor de IMAX experiences. Beide waren erg leuk!
Dag 21: Naar de westkust en nog een keer Victoria
De laatste volle dag is aangebroken. We besluiten een ‘van alles wat dag’ te doen. We rijden eerst langs de kust richting Port Renfrew. Hoe meer westwaarts we gaan, hoe minder warm het weer wordt. Zo grappig om dat te kunnen voelen. We gaan naar French Beach en China Beach. Beide lijken op de beaches bij het Pacific Rim National Park. Erg leuk om weer even over het strand te lopen. Wel hebben we lange broeken en jassen aan tegen de wind en de kou. We rijden niet helemaal door naar Port Renfrew, dat duurt te lang. We keren terug om nog wat door Victoria te lopen. We lopen door Chinatown en komen bij de Market square. Leuk om ook deze buurt te verkennen. We willen eten bij de Franse bistro L’Ecole. Deze werd aanbevolen door onze reisgids. We staan er al om 17.00 uur voor de deur, en dan blijkt er ook nog eens een rij te staan van Canadezen die daar willen eten. We staan duidelijk op de goede plek! De bistro is inderdaad een bistro. We eten mosselen en steak. Lekker!
We gaan rond 19.30 weer terug naar de camping om alvast wat spullen op te ruimen. De olijfolie, balsamico en honing geven we aan onze buren op de camping.
Dag 22: Leger des heils, luchthaven, Londen, Amsterdam
Die nacht begint het een beetje te regenen. Nee he! Niet weer! (zie verslag vorig jaar). Gelukkig staan we onder een bladerdak waardoor de tent niet heel erg nat wordt. En gelukkig hebben we het meeste de avond ervoor al opgeruimd en ingepakt. We staan om 07.00 uur op, pakken de tent in en de laatste spulletjes. Rond 09.00 uur rijden we de camping af terwijl het steeds harder begint te regenen. Tijd om naar huis te gaan! We ontbijten bij de Tim Hortons en rijden dan naar Brentwood Bay om daar bij de Salvation Army onze gekochte kampeerspullen af te geven (koelboxen, stoeltjes, luchtbed, fleecedekentje etc). Dan rijden we snel naar de ferry. We hadden een ferry gereserveerd, maar zijn er zo vroeg (rond 11.00 uur), dat we er eentje eerder kunnen nemen. Wel is het druk vanwege het lange weekend in Canada. Vooral richting VI staat het vast. Om 12.00 uur rijden we de ferry op. Het regent nog steeds, en we zitten binnen een beetje te lezen. We kunnen niet zoveel zien van de omgeving door de mist en de regen. Op het vasteland aangekomen zoeken we een tankstation voordat we de auto inleveren. Het inleveren gaat soepel en dan staan we alweer op de luchthaven van Vancouver. We hebben een uur vertraging dus we doen rustig aan. We vertrekken uiteindelijk pas tegen 19.30 uur. We eten onze laatste hamburger en laden onze apparaten nog maar even op. Dan kunnen we eindelijk het vliegtuig in. Het is er warm en benauwd op een gegeven moment. Moeilijk om bij te kunnen slapen. We landen 12.00 uur op Heathrow. De vlucht naar Amsterdam gaat pas om 18.00 uur dus we besluiten, om wakker te blijven, dat we met de metro Londen nog even in gaan. We lopen welgeteld 15 minuten in Londen als we alweer terug moeten om in te checken ☺. Maar we bleven wel wakker! Om 20.30 landen we in Amsterdam waar we opgehaald worden door mijn schoonouders. We zijn weer thuis.
TIPS:
- Royal BC Museum, voor een hele dag vertier.
- Rijden naar de westkust vanaf Victoria
- Quw’utsun First nation cultural centre in Duncan (je zou dit kunnen combineren op een reisdag als je naar Victoria gaat. Het centre gaat wel vroeg dicht, rond 16.00 uur)
- Parkeren in Victoria op de hoek van Montreal en Quebec street. Je staat er voor 6.5 dollar per dag.
Algemene tips:
- Wil je een camping van te voren vastleggen, vraag dan in het visitor centre of ze voor je willen bellen. Dit is nooit een probleem en het gaat ook heel snel (sneller dan zelf proberen heen en weer te mailen).
- Walmart is een goede winkel voor goedkope kampeerspullen, goedkoper dan de Canadian Tire.
- Supermarkten voor verse groente/fruit/vlees/vis: Save-on-Foods, Thrifty, IGA (Marketplace).
- Bij sommige Shells kun je niet bij de tank met de creditcard betalen. Je kan wel binnen vantevoren betalen met de credit card (of contant). Je zegt dat je bijv voor 50 dollar willen tanken. Is je tank al vol, maar heb je niet voor het gehele, vooraf betaalde, bedrag getankt, dan kun je de change terug krijgen aan de balie.
- Wij hadden de ANWB gids mee van West Canada en Aad Struijks wereldwijzer van West Canada. De laatstgenoemde is meer een gids voor de route, de ANWB gids beschrijft meer tips ter plekke. Je kan in Nederland van te voren verschillende gidsen lenen bij de bieb om dan te bepalen welke je evt wilt kopen en meenemen naar Canada.
- Visitor centres zijn geweldig. Ze weten veel en kunnen je bijna overal mee helpen. Zo heeft de jongen van het visitor centre in Victoria een Salvation Army voor ons opgezocht op de route Goldstream – Swartz Bay. Ze vinden het ook leuk, die verzoekjes die ze normaal niet krijgen ☺.
- Tim Hortons heeft heerlijke donuts en cinnamon rolls (en gratis wifi).
- Hamburgers van A&W zijn lekkerder dan die van McDonalds.
- Reviews van de campings waar wij stonden staan in een aparte post. Zoek op Mariska en evt campground.
- Ben je al een keer aan de westkust van Canada geweest, maar nog nooit de oostkust? Dan raden we aan dit zeker te doen! De westkant heeft misschien hogere bergen en gletsjers, de oostkant heeft een veel ruigere kustlijn. Ook zijn de mensen in Nova Scotia nog aardiger dan in BC (bijna niet voor te stellen, maar is echt zo!).